Qussa

Stories from Afar & Up Close

Filtering by Category: Volkskrantblog

Geen ontkomen aan

Israeli flyerZe dwarrelen door de lucht als wolken glinsterende confetti. Als ze niet voorafgegaan zouden worden door een harde klap, en als ze niet zo’n nare boodschap zouden brengen, zou ik vol plezier naar de dwarrelende flyers kijken.Ze worden uitgestrooid boven de stad door Israëlische vliegtuigen. De boodschap is wisselend, altijd geschreven in zeer simpel Arabisch en ondertekend met ‘de Staat Israël’. Het zijn gewilde verzamelobjecten, al worden de meesten verscheurd nadat ze luid lachend zijn voorgelezen. Vanmorgen kreeg ik er onverwacht één te pakken. Ik besloot het papier mee te nemen naar Arabische les.

Eigenlijk hebben Veronika en ik vooral Arabische les om iets nuttigs met onze dagen te doen, om niet eindeloos voor de TV te hangen en te verzinken in een moedeloze depressie, om een schijn van normaliteit op te houden. Nada geeft ons les om precies dezelfde reden: het geeft haar een mogelijkheid om twee uur per dag niet aan de oorlog te denken. We doen ons best er niet bij stil te staan dat we les hebben op het balkon van haar huis, in plaats van in haar gloednieuwe school in de gebombardeerde buitenwijk, om niet afgeleid te worden door haar 16-jarige zoon en zijn vader die over de situatie discussiëren, maar de flyer brengt de oorlog alsnog naar de studietafel.

Het pamflet is gericht aan de inwoners van Libanon. ‘Hassan speelt met vuur’, ontcijferen we de eerste zin. De tekst wordt afgesloten met de woorden ‘Hassan verspeelt jullie toekomst en jullie betalen hiervoor de prijs’. Nada’s man is het volledig met de tekst eens. ‘Nasrallah is een terrorist, en het is hoog tijd dat hij uitgeroeid wordt!’ Woedend komt zijn moeder vanuit de keuken de kamer binnenstampen. ‘Hoe kun je hen geloven!’ roept ze zwaaiend met een theedoek, ‘hij is de enige die voor ons, shi’ieten, opkomt! De enige die ons verdedigt tegen de Israëlische agressie!’

Nada zit er hoofdschuddend tussenin. Ze fluistert dat het altijd zo gaat – zodra de oorlog ter sprake komt, vliegen moeder en zoon elkaar in de haren. Ik wilde dat ik de flyer niet meegebracht had. Tegelijkertijd weet ik dat het niet uitmaakt; elk gesprek gaat uiteindelijk over Israël, Libanon, Hezbollah; over het hoe, wat en waarom van de situatie. Hoe graag we ook het zouden willen negeren: zelfs wanneer het slechts papier is dat uit de lucht komt vallen, is er geen ontsnappen aan de oorlog.

Waarom ben jij nog hier?

Achter de zandzakkenZelf ben ik er nogsteeds niet uit. Was het moedig van me om terug te komen naar Beiroet? Of moet ik mezelf voor gek verklaren? Feit is dat ik geëvacueerd was uit een oorlog en daar twee weken later zonder enig uitzicht op verbetering in de situatie weer naar teruggekeerd ben. En nu zit ik hier, in een stad die ik nog nooit zo leeg gezien heb, en ik probeer een antwoord op de vraag te vinden die me bijna dagelijks gesteld wordt: ‘Waarom ben jij nog hier?’ Ik was in april hier aangekomen om onderzoek te doen naar de invloed van de voorbije oorlog op de huidige levensstijl van mijn generatie, 24-34jarigen. Wat me na verloop van tijd het meest opviel was de gehaastheid, de jachtige houding van veel Libanezen. Alles moest snel-snel en veel-veel – auto’s, sieraden, drank, maar ook onderwijs en banen en vrienden. “Libanezen nemen nooit een jaar vrij om een wereldreis te maken,” zei mijn vriendin Myrna. ‘Iedereen wil alles zo snel mogelijk af hebben, want je weet nooit wanneer er een moment komt dat dat ineens niet meer kan.’ Geen van ons had toentertijd kunnen vermoeden dat haar woorden zo snel bewaarheid zouden worden.

Ze noemen me een echte Libanese. ‘Als je een oorlog meemaakt in Libanon, weet je hoe we echt zijn. Dit is hoe wij leven, niet de oppervlakkige slaapstand van de afgelopen 16 jaar.’ Ondanks de herhaaldelijke verzuchtingen van velen dat iedereen wacht op vrede, dat niemand oorlog wil behalve Nasrallah en Olmert, zijn de meesten het erover eens dat de Libanezen dit langer vol kunnen houden dan de Israeliërs. Ze zijn het immers gewend, deze chaos, deze onzekerheid. En dus bestudeer ik ze verder, de jongeren die het land níet ontvlucht zijn, die ondanks de situatie proberen door te gaan met hun leven. Ik bestudeer ook hun ouders, hun buren, hun stad. Daarom ben ik weer hier. Om met woorden een portret te schetsen van Beiroet en haar inwoners, haar te begrijpen zoals zij écht is.