Qussa

Stories from Afar & Up Close

Filtering by Category: Life

Libanopoly, or: be your own Saniora

A while ago on a sunny evening-walk, we passed an old, crowded toy store. As we’d been trying to find affordable board games, we hopped in. The owner of the store told us he had been a shopkeeper in Ras Beirut since 1983 – and he had the photos to prove it.

dsc_0106

He also had a very large selection of toys and games, ranging from fake barbies to small tanks made from shiny bullets glued into shape. He also had the Lebanese version of Monopoly: Libanopoly. Only 13500 liras (about $9), for the deluxe edition! That game was coming home with us.

dsc_0097

Unfortunately ‘deluxe’ turned out to be a euphemism, seeing that the game had a grand total of 4 plastic thingies to represent the players, a collection of melted plastic squares representing the Beirut housing market and a total absence of 50-lira bills, but that’s like living here in real life: adapt, find a solution and play (live) on!

dsc_0110

The best part, of course, are the inevitable jokes: can I run up a debt of 40 billion dollars? If another player threatens my position, can I blow up his token? I can probably build more than the maximum allowed number of houses on this street, right? That, and the fact that Hamra Street is the most expensive street on the board. I’ve always known I live in a classy neighborhood…

dsc_0099

Land van Babel

Ik had een afspraak op een school in een dorpje ten Noorden van Beiroet, in de bergen. Zoals gebruikelijk was ik ruim op tijd vertrokken omdat ik niet precies wist waar de school was, en ik zo rustig de weg zou kunnen vragen – een slimmere strategie dan te proberen je locatie op de kaart te vinden of vantevoren een routebeschrijving te vragen, want dan raak je sowieso de weg kwijt. Ik ben eraan gewend, de weg vragen. Meestal probeer ik het eerst in het Arabisch, en als dat geen resultaat oplevert ga ik over op Frans (in de overwegend Christelijke gebieden) of Engels (in de overwegend Moslim-gebieden). Mijn avonturen vonden dit keer plaats rond Bikfaya, ook bekend als het Christelijk hart-land, dus het zou wel Frans worden.

De eerste wegwijzer was een vrouw op leeftijd die langs de kant van de weg wandelde met een boodschappentas. Ze zag mij al van verre aankomen en glimlachte vriendelijk toen ik stopte en het raampje open draaide. Haar gezicht betrok toen ik in het Arabisch vroeg of ze wist waar die-en-die school was. ‘Geen idee,’ zei ze in het Frans, ‘ik ben hier ook pas net aangekomen.’ Met vinnige passen liep ze door.

Een eindje verderop vond ik een benzine-station. Ik tankte, en besloot meteen maar in het Frans te beginnen met mijn vraag over de juiste afslag. De medewerker van het pompstation keek me verschrikt aan, stamelde ‘ik spreek geen Engels!’ en rende weg om zijn baas te halen. Die wist me in een mix van Frans, Engels en Duits een eind in de goede richting te helpen.

Tot de laatste splitsing in de weg – moest ik links of rechts? Ik wilde niet het risico lopen weer verkeerd te rijden, dus ik parkeerde de auto en ging een stomerij binnen voor advies. ‘Spreekt U Arabisch of Frans?’ vroeg ik, voordat ik uberhaupt over de weg zou beginnen. ‘Engels, graag’ zei de man met een vriendelijke glimlach.

Het zal je niet verbazen dat de school drietalig bleek te zijn.

So many mothers

On the occasion of Mother’s Day, today in Lebanon. Although I was born and raised by one amazing woman, in the Netherlands, in the past 29 years I’ve had so many more mothers, all over the world… There was an Alsacienne, the mother who made me feel at home in my French host-family when I went to school in Paris and who taught me a gazillion tricks to save water; there was the Kenyan nurse who appointed herself my African mother, who let me stay at her house when the friend I came to visit was away from the hospital for a few days and who taught me how to eat with my hands; and there was the South African lady who called me her daughter and taught me about racism and occupation.

When I went to Lebanon, again I found myself in the welcome embrace of so many wonderful women, all being a mother for me in one way or another. They made me feel at home by treating me as one of their children, which meant I was taken up in the stream of endless comments about when to get married and to whom (what’s his background? where is he from?) and an equally endless stream of amazing food, always with enough leftovers to take home and feed me for another week. It also meant late-night conversations about what to do in life, shelter during the war, career advice and unexpected birthday cakes, and so much more.

However, having a Lebanese mother (or several) comes with a heavy responsibility, and I knew this from my Lebanese friends and their mothers: those who live abroad are expected to call their mother often, very often, and those who live in Lebanon are supposed to pop by regularly to say hello and eat some of the delicious food that is inevitably waiting. I, on the other hand, am used to one, long, weekly phone call with my parents in the Netherlands, and would feel incredibly obtrusive for passing by more than once every two or three weeks. And that’s where I continuously fail as a ‘Lebanese daughter’, and get messages from my friends along the lines of “my mom is disappointed in you, you don’t call often enough” and “you should pass by my parents some day soon, they would love to see you. No really, I mean it. SOON.”

Dear Lebanese mothers: I apologize for my modest Dutch behavior; I will try to pass by more often.

Happy Mother’s Day to you all!

Feminism, Southern Lebanese Shi’a style

Grand Ayatollah Mohammad Hussein Fadlallah, the highest Shi’a authority in Lebanon, has issued a new fatwa. Often concerned with equality between men and women, this time he spoke out on the issue of domestic violence: his newest fatwa 'supports the right of a woman to defend herself against any act of violence, whether social or physical.' Quite literally, he said that any woman has the right to beat up her husband if the husband physically abuses her.

Now if that’s not typical Southern Lebanese resistance, I don’t know what is…

An interesting interview with Fadlallah can be found here. (Hat-tip to Abu Muqawama)

Opa, Oma en de sinaasappels

Allebei Walid’s grootouders weten niet precies hoe oud ze zijn. Opa is geboren in de periode dat wat nu Libanon heet nog onderdeel was van het Ottomaanse Rijk en houdt het er zelf op dat hij 94 is; oma is een paar jaar jonger. Ze wonen in een gebouw in het centrum van Nabatiyeh, een stadje in Zuid Libanon, met een tuin op de begane grond en hun jongste zoon met zijn familie op de verdieping boven hen. Oma brengt het grootste deel van haar dag door in de keuken, ervoor zorgend dat er altijd wat te eten is voor kinderen en kleinkinderen die langskomen. Opa wandelt voorzichtig door de tuin en geeft de kippen eten, of zit op zijn vaste plek op de bank, voeten op een krukje, om ons over zijn leven te vertellen. Soms gaat het over zijn jeugd, toen ze in een huis woonden met een dak van aangestampte aarde. Als het dak begon te lekken dan wisten ze dat de lente begonnen was: uit de verdwaalde zaadjes in de aarde begonnen wortels te groeien, en die zorgden voor gaatjes in het plafond.

citroen

Eergisteren waren we bij de grootoudes in Nabatiyeh en kregen we een les over citrusbomen. Wist je dat je een sinaasappelboom in een citroenboom kan veranderen, en omgekeerd? En in een grapefruit? En omgekeerd? Opa legde uit hoe dat moet: Stel, je wilt graag sinaasappels, maar je tuin staat vol met citroenen. Neem ergens een twijgje van een sinaasappelboom, maak een inkeping in een grote tak van je citroenboom en stop het twijgje erin. Bind het geheel af en wacht tot de volgende bloei: aan die tak zullen sinaasappels groeien!

Oma had ook een sinaasappel-truc die ze graag met ons deelde: een manier om altijd supervers sap bij de hand te hebben. Snij de top van een sinaasappel af, zodat je een cirkel ziet van ongeveer 3 cm doorsnede. Steek met een mes of een scherpe pin een aantal keer in het vruchtvlees, van boven naar beneden (zorg dat de rest van de schil heel blijft). Doe dan het kapje er weer op; klaar om mee te nemen naar school of werk. Op het moment dat je dorst krijgt, zet je de sinaasappel aan je mond en knijp je hem van onderaf leeg. Een paar keer oefenen en dan kun je het zonder knoeien. Verser kan niet!

dsc_0148

Kijk nou wat we bij opa en oma in de tuin vonden? Hollandse Zuivelcontrole!