Beirut, oh Beirut
Aan de grens kreeg ik het een beetje benauwd. Ik zag de bussen vol vluchtelingen het land uitgaan en de enorme UN-vrachtwagens vol hulpgoederen het land ingaan. Maar ik had inmiddels mijn paspoort aan de 'wasta' (connecties) van Faysal's vader gegeven, en voor ik het wist was ik Syrië uit en Libanon in. We waren met zijn vieren in de auto: Faysal en zijn vader waren mij en zijn broer op komen halen aan de enige grens die nog open is, die in het Noorden tussen Tripoli en Tartus. De weg naar het zuiden richting Beirut was leger dan normaal, maar verder leek het alsof er niets aan de hand was. Ongeveer een uur van de grens begonnen de gevolgen van de oorlog duidelijker te worden: lange rijen voor de benzine-stations, en meer en meer bedrijven met de rolluiken naar beneden en de deuren gesloten.
Hier in Beirut is het rustig. De straten zijn alweer wat drukker dan toen ik de stad verliet. Alleen de stank van afval is op sommige plaatsen niet te harden - de meeste vuilnismannen komen uit India en zijn inmiddels geëvacueerd...