Qussa

Stories from Afar & Up Close

A day in the life...

Vandaag was een rustige dag. Zoals gezegd werd ik ’s nachts alleen wakker van de muggen – de doffe dreunen van de bombardementen in de verte hielden me niet uit mijn slaap. Pas rond een uur of 8 werd ik wakker, aan de draaiende ventilator kon ik zien dat we stroom hadden. En stroom betekent TV en internet! Als eerste dus alle zenders checken, zien wat er ’s nachts heeft plaatsgevonden. Niet veel nieuws: bombardementen in het zuiden en de Bekaa.We hangen rond op de bank, bellen en sms-en vrienden binnen en buiten Libanon. De meeste van mijn huisgenoten zijn nog in Beirut, maar veel buitenlandse vrienden zijn vertrokken of onderweg. Andrew smst vanuit Syrië, probeert me over te halen ook te vertrekken, maar op het nieuws zijn er berichten over bombardementen op alle wegen naar Syrië, dus ik blijf hier. Naar de supermarkt: de wegen zijn leeg en ook in de winkels zijn niet veel mensen te vinden. Er zijn verbazingwekkend veel verse producten; vlees, zuivel en groente en fruit. Mensen slaan grote zakken mail en rijst in, blikken tonijn en bonen, en pakken kaarsen en batterijen. De pretpakketten met 2 flessen Pepsi en een zak popcorn blijven, ondanks de aanbieding, hoog opgestapeld in de schappen liggen.

Dan komt er een bericht van de Nederlandse ambassade: “Frankrijk is een evacuatie aan het voorbereiden, Nederland doet daaraan mee, nader bericht volgt.” Faysal en ik rijden naar mijn appartement om de rest van mijn spullen op te halen; mijn huisgenoten zijn inmiddels ook aan het inpakken. We scheuren terug, bruggen en tunnels vermijdend, want de geruchten dat de Israelis die binnenkort gaan bombarderen zijn hardnekkig. Even is er geen stroom, dus de concierge krijgt de opdracht mijn tassen naar boven te dragen. Tot ons grote geluk zet het bedrijf op de 3e verdieping even later de generator aan, en kunnen we op de hoogte blijven van de gebeurtenissen. Er zijn ongeveer 7 nieuwszenders die we om de beurt bekijken. Elke zender heeft de politieke kleur van de ‘eigenaar’, en het nieuws heeft de bijbehorende prioriteiten: Al Manar bijvoorbeeld is van Hezbollah, en zendt non-stop propaganda-filmpjes uit met opzwepende marsmuziek en teksten onder in beeld die het laatste nieuws weergeven.

De rest van de dag brengen we zo door: op de hoogte proberen te blijven van het nieuws, nog eens met vrienden sms-en, zeker nadat er bekend wordt dat alle wegen naar Syrië inmiddels afgesloten zijn en de vuurtoren en de haven van Beirut gebombardeerd zijn. Voor lezen of studeren ben ik wat te onrustig, en ook de anderen houden het bij kletsen en dutjes doen. Wachten, wachten en wachten. De grappen worden steeds grover, zeker als er beelden op TV verschijnen van verkoolde families, en kinderen die onthoofd zijn, op de vlucht voor de Israelische bombardementen. Aan het begin van de avond komt er nieuw bericht van de ambassade: er is een gezamelijke poging van EU landen om vanaf maandag de Europeanen het land uit te krijgen. Er is beperkte capaciteit, en families en mensen met medische complicaties eerst. Ik heb me wel ingeschreven, maar erbij gezegd dat ik pas onderaan de lijst hoef – mensen die echt weg moeten eerst graag.

Buiten is het nogsteeds rustig; de meeste winkels zijn gesloten, auto’s rijden er nauwelijks, alleen veel scooters met jongens van mijn leeftijd die uit verveling over de lege brug gaan rondcrossen. Wat een verschil met een gewone zaterdagavond, wanneer de stad vergeven is van de dure auto’s en toeterende taxi op weg naar restaurants en nightclubs. Vanavond zouden we naar een concert van Sean Paul gaan, maar de dancehall artiest is waarschijnlijk veilig op Jamaica gebleven...

(oorspronkelijk geplaatst op qussa.johojournal.nl)